Per 1 mei 2018 is De Hoogstraat Revalidatie eigenaar van Jan van Rijn Kinderfysiotherapie, een eerstelijns praktijk voor kinderfysiotherapie in Utrecht en omgeving. De praktijk behandelt uitsluitend kinderen, voornamelijk aan huis. Deze unieke verbinding tussen eerstelijns en tweedelijnszorg biedt in meerdere opzichten meerwaarde. Er vindt onder meer uitwisseling plaats van specialistische kennis, het geeft inzicht in elkaars mogelijkheden, het inspireert professionals en verbetert de dienstverlening in beide organisaties. Met als uiteindelijk doel het borgen en verbeteren van de kwaliteit van de zorginhoud aan kinderen en ouders en de patiënttevredenheid.
Verbreden netwerk
Binnen De Hoogstraat staat samenwerking en verbreding van het netwerk hoog op de agenda. Er wordt onder andere samengewerkt met meerdere eerstelijns praktijken uit Utrecht en omgeving. Door speler te zijn in het eerstelijns zorgaanbod wordt samenwerking met eerstelijns praktijken verder geïntensiveerd. Zorgvuldige afstemming van eerste en tweedelijnszorg zorgt voor nog meer maatwerk. Zorg thuis wordt langer of vaker mogelijk en institutionele zorg wordt uitgesteld of verminderd.
Nieuwe zorgvormen
In het kader van Passend Onderwijs zullen er in de toekomst nog meer kinderen met beperkingen naar reguliere scholen gaan. Daardoor ontstaat er vraag naar kinderrevalidatie die bij of aansluitend aan het regulier onderwijs wordt aangeboden. Jan van Rijn Kinderfysiotherapie heeft als eerstelijns praktijk ervaring met deze nieuwe zorgvormen. De eerstelijns praktijk is hiervoor beter toegerust en kosten effectiever dan het kinderrevalidatiecentrum.
Stichting Jan van Rijn Kinderfysiotherapie
De praktijk wordt een nieuwe dochterstichting van De Hoogstraat, onder de naam Stichting Jan van Rijn Kinderfysiotherapie. De praktijk blijft gehuisvest op bestaande adressen en medewerkers komen in dienst van de nieuwe stichting. De voormalige eigenaren trekken zich geleidelijk terug en zorgen voor de overdracht. De zorgverlening van de praktijk aan kinderen en ouders zónder revalidatie hulpvraag blijft onveranderd.